In januari rusten we... of niet!

Je zou kunnen denken dat januari een rustige maand is voor de groenteboer!

Het is waar dat het fysiek niet de meest intense maand is, maar aan de andere kant is het wel de maand waarin een groot deel van het succes van komend seizoen op het spel staat. Januari is inderdaad de maand waarin we het seizoen plannen, zodat we het plan vervolgens alleen nog maar moeten uitvoeren! Een goede planning is geen garantie voor een succesvol seizoen, maar een slechte planning is daarentegen wel de garantie voor een chaotisch en dus onrendabel seizoen.

Een van de grootste problemen van gediversifieerde tuinbouw is het verbouwen van veel groenten op een klein oppervlak, terwijl de conventionele landbouw weinig groenten verbouwt op zeer grote gebieden. Optimalisatie van processen en een rigoureuze planning van taken zijn daarom essentieel om niet te verdwalen in de veelheid aan uit te voeren taken en om winstgevend te zijn (wat we zeker niet zullen zijn in het eerste jaar 😏).

De te plannen elementen zijn, in volgorde, de te verbouwen groenten, de planning van de gekozen gewassen, de vruchtwisseling en ten slotte de technische routes.

Een heel programma!

De keuze aan groenten

Dit eerste jaar hebben we ervoor gekozen om een ​​vrij breed assortiment groenten te nemen om ons vermogen om deze te telen en te verkopen te testen.  We maken het onszelf duidelijk niet gemakkelijk, maar we beschouwen dit eerste jaar als een levensgrote test - dus geen druk, nou ja, niet te veel 😉.

We hebben ook een aantal groenten uitgekozen die we leuk en interessant vonden om te kweken, zoals mini-paprika's, unieke erfstuktomaten en minder gebruikelijke groenten. Kortom, we hebben onszelf ook een beetje getrakteerd. Maar laten we het voorlopig een beetje mysterie houden 😁

Hoewel we zaden van vorig jaar hebben bewaard, hebben we besloten om alle zaden voor de groenten die we dit seizoen gaan telen bij een professionele zaadleverancier te bestellen. Het is een bepaald budget, maar de redenering is dat we het eerste jaar de best mogelijke zaden willen hebben: geselecteerd, biologisch en resistent tegen bepaalde ziekten. De komende jaren zullen we zoveel mogelijk zaden oogsten om van deze initiële investering te profiteren.

Alle zaden komen uit Agrosemens. Als je jezelf wilt trakteren, kijk dan eens in hun catalogus.

Gewasplanning

Voor deze stap gebruiken we Brinjel, een specifieke app voor de tuinbouw (ja, die bestaat!!!).

​De eerste stap was het definiëren van de te verbouwen groenten en hun cultivar - geweldig nieuw vocabulairewoord 🤯. De cultivar is een door mensen geselecteerde plantensoort. We hebben het bijvoorbeeld over Nantaise wortelen, Romanesco bloemkolen of Granny Smith appels.

Vervolgens hebben we voor elke cultivar de technische kenmerken ervan gedefinieerd, voornamelijk het gecultiveerde areaal, de zaai- en oogstperiodes, evenals gegevens over de zaden en de opbrengst van het gewas.

Als alles gecodeerd is, ontstaat er een Gantt met alle gewassen en de zaai-, teelt- en oogstdata. Zo wordt de spitskool van Châteurenard in week 6 op de kwekerij gezaaid, in week 13 in de grond overgeplant en vanaf week 27 geoogst

We moeten twee hoofdtypen cultuur onderscheiden. Groenten die één keer worden geplant en vervolgens beetje bij beetje worden geoogst, zoals kool, tomaten, aubergines enz. En aan de andere kant groenten die in één keer worden geoogst en dus met regelmatige tussenpozen in series moeten worden geplant. Plant bijvoorbeeld elke 15 dagen sla om een ​​continue opbrengst gedurende het hele seizoen te garanderen.

Gewasrotatie en permanente bedden

Zoals veel groenteboeren lieten we ons inspireren door de permanente bedtechnieken die Jean-Martin Fortier in zijn boek uitlegt Le jardinier-maraîcher. Deze techniek is gebaseerd op drie principes

Allereerst standaardiseer de afstand tussen de gewassen en de grootte van de plantbedden, namelijk de gewasruimten. Hier zijn de plantbedden allemaal 20 meter lang en 80 cm breed met een ruimte van 45 cm tussen de bedden.

Vervolgens worden de bedden gegroepeerd in een tuin met gewassen die identieke behoeften hebben op het gebied van aanpassingen, bescherming en onderhoud. In de ene tuin zijn bijvoorbeeld de Fabaceae (erwten en bonen) gegroepeerd, terwijl in een andere tuin de alliums (prei en uien) zijn gegroepeerd.

Ten slotte worden deze borden permanent genoemd, omdat ze, eenmaal gedefinieerd, voor altijd op dezelfde plek blijven staan. De duurzaamheid van de planken biedt de volgende voordelen.

• Het diepe werk van de grond gebeurt pas bij het creëren van het permanente bed.
• Ze hebben een vrij kleine breedte - 80 cm - zodat er gewerkt kan worden zonder erop te hoeven stappen en zo bodemverdichting te voorkomen.
• Het grondwerk wordt teruggebracht tot de meest strikte uitdrukking (niet ploegen of graven) omdat de grond tijdens de braakliggende periode wordt onderhouden door gewassen, gezelschapsgewassen en door plantenbedekking.
• Door gerichte toevoeging van wijzigingen wordt de bodemvruchtbaarheid door de seizoenen heen op peil gehouden.
• de duidelijke afbakening van de teeltzones vergemakkelijkt de vruchtwisseling, evenals het water geven, wieden en de installatie van bescherming die is afgestemd op de afmetingen van de bedden.
• De eenheid voor het berekenen van de winstgevendheid van een gewas is het bord, dat zowel berekeningen als vergelijkingen tussen gewassen vergemakkelijkt.

Bij de Compagnie du Radis hebben we 8 tuinen gedefinieerd, bestaande uit 8 percelen. Onze percelen zijn dus 16m² en een tuin heeft een totale oppervlakte van 200m², waarvan 128m² bebouwd is. In totaal bedraagt ​​ons bebouwde oppervlak 1024 m² (voor de computerwetenschappers die dit lezen is dit aantal niet opzettelijk. Waarschijnlijk een goed voorteken 😏)

De tuinen zijn...

Alliacées (1)

Een tuin met uien, sjalotten, prei

 CuCuBra (3)

Deze drie hybride tuinen brengen Cucurbitaceae (Pompoen) en Brassicaceae (Kool, Raap, Radijs) samen. Waarom? We praten er hieronder over 😉

Verdures-Racine (1)

2 tuinen met wat niet past in de twee voorgaande tuinen. Daartoe behoren niet veeleisende gewassen zoals bieten, wortelen en salades.

Serre-Tunnel (1)

1 tuin met Solanaceae, planten die meer warmte en bescherming tegen de elementen nodig hebben. Deze omvatten de klassieke tomaten, paprika's, aubergines en komkommers.

De CuCuBra Case

We hebben deze twee groentenfamilies gemengd in drie tuinen, op enige afstand van elkaar, om twee redenen. Ten eerste zijn hun behoeften vrijwel gelijk en ten tweede om de verspreiding van ziekten te beperken en het leven van ongedierte moeilijk te maken. 

Als een kool wordt aangetast door echte koolmeeldauw, zal deze zich naar andere koolsoorten verspreiden, maar niet naar pompoenen, waarvoor de vorm van de ziekte anders is. Op dezelfde manier vallen koolvlooienkevers (witte vlinders) geen pompoenen aan.

In dezelfde geest liggen deze drie tuinen ver van elkaar.

De volledige vruchtwisseling wordt gevonden hier

De indeling van de moestuin

Naast de tuinen zal de moestuin plaats bieden aan groenvoorzieningen, een tuinhuisje, kippen, eenden en twee vijvers. Maar dit alles vertellen we in een andere blog! Het plan voor onze moestuin is openbaar en zichtbaar hier

Technische routes

Een technisch traject is een reeks handelingen die moeten worden uitgevoerd om een ​​groente te telen. Bepaalde groenten vragen bijvoorbeeld om toevoegingen of amendementen, het aanbrengen van een beschermend anti-insectendoek of regelmatig wieden. 

We gaan hier niet in detail ingaan op de technische routes. Dit zal het onderwerp zijn van een andere blog. Ja nog eentje 🤔

Conclusie

Hier is het resultaat van de planningswerkzaamheden

We hebben nu een routekaart en taken die we elke week moeten voltooien.

Let's go!!! 🤞